In DonkerLicht wordt modefotograaf Marcus Boumann beschuldigd van moorden door stille getuigen. Na een aanslag op zijn leven vlucht hij met assistente Azza naar het noorden. Ondertussen probeert rechercheur Jan de Bruijn samen met zijn mentor het complexe netwerk van leugens te ontrafelen om de echte dader te vinden.
In dit verhaal reflecteert de schrijver op de onverwachte impact van zijn onderzoek, gekenmerkt door angst en anonimiteit. De zoektocht naar de waarheid werd bemoeilijkt door tegenwerking en leugens van getuigen. Ondanks deze uitdagingen vond hij liefde, iets wat hij niet had verwacht.
In 1949 vertrekt Fridus Beitnagel als soldaat naar Nederlands Indië, waar hij een hinderlaag overleeft. In 2020 ontvangt zijn neef Jan een uitnodiging voor de lezing van Fridus' testament, terwijl hij dacht dat zijn oom in 1949 was overleden. Jan vermoedt een tragedie die de familie achtervolgt.
In de vroege jaren zeventig meldt Vrijman Snijders zich aan bij de ABK Minerva in Groningen na zijn dienstplicht. Als romanticus zoekt hij een atelierruimte om te wonen en een muze voor inspiratie, terwijl hij twijfelt aan zijn studierichting.